Na het ontbijt werden we vanochtend opgepikt door een Landrover voor onze tour. Met ons was nog één Fransman. We reden richting één van de grote thee plantages, daar gingen we de auto uit en konden we een stukje wandelen. De thee plantages zien er prachtig uit, allemaal heuvels vol met thee struiken. Alleen de jonge groene blaadjes worden geplukt. Met de hand maar ook mechanisch. Het uitzicht is net zo maar, maar anders, als de rijstvelden in Bali.

We banjerden nog wat over de thee plantages om bij de plukkers te kijken. Daarna de Landrover in om de hoogste berg van de Cameron Highlands op te rijden. Zo’n 2000 meter hoog. Door de wolken kon je niet alle kanten ver kijken, maar het was mooi en een erg groene omgeving.

Een stukje de berg af begon onze hike naar het Mossy Forrest. De tour organisatie had een soort eigen pad waar geen andere toeristengroepen kwamen, fijn! Dat betekende niet dat het een goed pas was. Er was veel modder, klimmen, boomstronken etc. Maar super leuk en mooi!

Na nog een mooi uitkijkpunt werd het bos steeds mossiger. Werkelijk alles zat onder het mos. Van de grond tot de boomtoppen. Er zijn nog meer Mossy Forrests in de wereld, maar alleen op een bepaalde hoogte en deze is het makkelijkst toegankelijk.

Onze voeten zaten onder de modder toen we weer bij de weg kwamen. Die konden we afspoelen met behulp van wat bergwater. Daarna reden we verder naar beneden, naar de Butterfly Farm (5RM).

Veel grote vlinders, een reuze tor, slangen, wandelende takken etc. De dieren werden wel echt als speeltjes gezien. Iedereen mag ze vasthouden en aanraken.

Terug in het hotel was het al na 13.00 uur en hadden we beren honger. Voeten gewassen en gaan lunchen. Mie Goreng (4RM). Dat ging er wel in!

’s Middags op bed gelegen, gerelaxt en gelezen.

;s Avonds weer gegeten bij het Indiase restaurant van dag 1. Lekkere Naan brood set. Werd voor me gebakken in een verrijdbare Tandori over. Ze plakken het deed aan de zijkant van de oven om het brood te bakken.